Wie ’s nachts wakker wordt en meent dat er een inbreker in zijn huis aan het werk is, moet die niet proberen zelf te lijf te gaan, maar meteen 112 bellen, het licht in de slaapkamer aandoen en daar flink aan het stommelen slaan (lawaai maken dus). Dat advies komt van de landelijke politie.
In Amstelveen is het aantal woningdiefstallen nog altijd hoog. Men zou door heldhaftige verhalen van mensen in het nieuws, die een crimineel een kopje kleiner maken en over leveren aan de politie toch op een verkeerd been gezet kunnen worden, meent die. Man kan als (aanstaand) slachtoffer beter geen confrontatie met de dader aangaan.
Bijna de helft zoekt die toch en dat is eigenlijk onnodig in de nacht, vindt de sterke arm. De stichting Nationale Inbraakpreventie Weken deed onderzoek nen kwam tot de conclusie dat mensen onnodig het gevaar van een confrontatie met de inbreker opzoeken.
Ruim een kwart (26,9%) zegt direct te gaan kijken of wat er aan de hand is. Bijna 10% belt eerst 112 en gaat vervolgens kijken of er een inbreker rondloopt. Circa 18% van de vrouwen vraagt of hun partner even poolshoogte wil gaan nemen. Voorzitter Coen Staal van de stichting vindt dat blijkbaar niet verstandig. “Een inbreker zoekt liever niet de confrontatie met de bewoner. Om die reden breekt hij ’s nachts in. Als hij voelt dat hij in het nauw komt en niet meer op tijd kan vluchten, weet je niet wat zijn reactie zal zijn”, zegt hij. “Een plotselinge confrontatie met een bewoner kan hem er dan toe brengen om geweld te gebruiken. Dat moet je echt altijd proberen te voorkomen.”
Confrontatie
Ongeveer de helft van de ondervraagden in dit onderzoek, gaat de confrontatie met een eventuele inbreker niet aan. Men belt 112 en blijft in bed liggen luisteren (12%) of maakt veel lawaai en doet het licht aan in de hoop dat de inbreker het hazenpad kiest (9,7%).
Projectleider woninginbraken Sybren van der Velden van de Landelijke Politie vindt eerst 112 bellen en te melden met naam en adres dat er waarschijnlijk een inbreker in huis is, het verstandigst. “Wacht enkele minuten, doe dan het licht in de slaapkamer aan en maak lawaai,” zegt hij.
Ruim 15% van de respondenten zegt dit te doen. “Zoek nooit de confrontatie met de inbreker op, ook niet met een verdedigingsmiddel, zoals een knuppel, hoezeer dat ook tegen het rechtvaardigheidsgevoel indruist”, waarschuwt Van der Velden. “Die knuppel kan namelijk ook tegen je gebruikt worden.”
Woest
In het onderzoek werd ook aan de orde gesteld hoe men zou reageren als ’s ochtends blijkt dat er is ingebroken en er spullen zijn
ontvreemd. Ruim de helft (52%) zegt boos of woest te zijn. Of geïrriteerd (13%). “Je verwacht uiteraard niet de ravage die de inbreker heeft achtergelaten, wanneer je ‘s morgens je woonkamer binnenkomt. Reacties als geschrokken (46%), verontwaardigd (25%) en verrast (8%), zijn dan ook logisch”, aldus Staal. Uit eerder onderzoek van de stichting bleek dat bijna driekwart emotionele gevolgen ervaart na een inbraak. Dat blijkt nu wederom uit de gegeven antwoorden: Je voelt je onveilig (34), angstig (21%) en kwetsbaar (15%). Opvallend is dat een op de vijf respondenten (22%) aangeeft vooral blij te zijn, dat hem / haar en de gezinsleden niets is overkomen.
Preventie
Staal: “Voorkomen is nog altijd beter dan genezen. Check daarom eens enkele onderdelen van je huis, zoals de achter- en voordeurbeveiliging en de sloten op je openslaande raam. Op www.inbraakmislukt.nl staat een check om die delen van het huis eenvoudig na te lopen. Door het treffen van de juiste maatregelen kun men de kans op een inbraak enorm verkleinen. Inbrekers zoeken altijd huizen op waar ze het makkelijkste binnen kunnen komen.”
Het is dus ook belangrijk een vaste of mobiele telefoon ter beschikking te hebben op de slaapkamer, om 112 te bellen of de Whatsapp-groep van de buurt in te seinen. Maar 1 op de 6 respondenten (16,4%) kan daar op de slaapkamer niet over beschikken. “Zorgelijk”, vindt Staal.
De stichting Nationale Inbraakpreventie Weken is een publiek private samenwerking met als doel woningbezitters meer bewust te maken van goede inbraakpreventie. Om zo bij te dragen aan de doelstelling van het ministerie van Veiligheid en Justitie het aantal inbra¬ken en inbraakpogingen substantieel te verlagen.
Werd in 2012 nog 91.000 keer ingebroken of een poging daartoe gedaan in 2016 was dit landelijk gedaald naar 55.000. De stichting voert tweemaal per jaar campagne, in mei en november. Partners in de stichting zijn de bedrijven Assa Abloy, Nauta Veilig en SecuProducts, in nauwe samenwerking met het Ministerie van Veiligheid en Justitie en het Verbond van Verzekeraars.
Lees ook:Inbrekers gebruiken op grote schaal ‘gaatjesmethode’
Lees ook:Ouderen wonen niet toekomstbestendig
Lees ook:Inbraak Oberonstraat snel opgelost
Lees ook:Ouderen vinden moeizaam geschikte woning
Lees ook:Politie verwijdert klusjesman uit woning